November
De maand november? Daar
vind ik niets aan. Het is een griezelige, enge, donkere maand. Het
wordt ook al kouder en dat snijdt door mijn blote huid heen. De
zomer, dat is pas fijn, de maanden juli en augustus, als het zo
heerlijk heet is. En dan verkoeling zoeken onder een paar bomen, of
gewoon in het koele gras.
Het gras kriebelt heerlijk op je huid en met mijn neus snuif ik de
geuren op. Op de boerderij waar ik woon is altijd wel een lekker
schaduwplekje te vinden. Nu in november blijf ik het liefste binnen.
Ik ben door die heerlijke zomer een flink aantal kilo's
aangekomen, maar dat geeft niets. Ik eet zoveel mogelijk om lekker
vol en rond de koude winter in te gaan, dan blijf ik lekker warm en
heb ik voldoende reserve en weerstand. Trouwens, al mijn zussen en
broertjes (we
hebben een groot gezin van 16!)
zijn allemaal aan de mollige kant. We hebben nu eenmaal aanleg om
snel dik te worden, een familietrekje.
Maar eerst moet
ik die vreselijke novembermaand zien door
te komen. Het is al een tijdje onrustig op het erf. Ik vertrouw het
allemaal niet. Mijn zus voelt het ook al en houdt de boel goed in de
gaten. Dan zien we ineens die enge man weer. Vorig jaar was hij er
ook en daarna hebben we een andere zus van ons, degene die het
allerdikste was, nooit meer teruggezien….. Wij denken nog altijd
dat hij haar meegenomen heeft.
Nu loopt hij met een
touw op het erf rond en loert naar ons. Ik en nog een zus van me
vluchten snel een hok achter de schuur in. Mijn andere zussen hebben
niets door en voordat we ze kunnen waarschuwen pakt die man een van
mijn zussen beet. Die gilt het uit van de schrik en wil wegrennen.
Maar de enge man bindt haar snel met het touw vast en onze knecht
helpt hem nog ook daarbij, want mijn zus geeft zich niet zomaar
gewonnen. Tussen de kieren van het houten hok kunnen mijn zus en ik
alles volgen. We zijn heel erg bang en durven niet eens te gillen,
zoals mijn andere zussen doen die snel alle kanten oprennen. Wij
houden ons doodstil, bang om ontdekt te worden.
Ze slepen haar naar een
houten schot op blokken en binden haar daarop vast. Mijn zus gilt het
uit van angst en pijn als een
mager speenvarken. We durven eigenlijk niet meer te kijken door de
spleten heen maar hoe angstig het ook allemaal is, het is
tegelijkertijd ook heel spannend en we willen ook wel weten wat er
met onze vorige zus nu eigenlijk gebeurd is . Dan zien we de enge man
ineens een groot mes pakken en met een stevige haal steekt hij mijn
zus in haar keel. Nog een laatste ijselijke kreet, het bloed spuit
eruit en dan is het stil. Wij zitten nog steeds in het hok verstopt
en durven er niet meer naar te kijken.
Dan ineens zien we de
laarzen van de knecht door een gat in een van de onderste planken van
het hok waar we nog bibberend in zitten. “Ik heb jullie wel gezien
hoor”, lacht hij vals. “Volgend jaar is een van jullie aan de
beurt. Dan maken we soep van jullie oren neuzen en worst van jullie
darmen. Als er honger is, eten we tenslotte alles en we beginnen met
jullie meiden….” We gillen het uit van schrik en vluchten het
hok uit, langs de laarzen van de knecht waar ik het bloed van mijn
zus nog op zie zitten.
Ik weet het zeker, hier
krijg ik nachtmerries van. Ik zie allemaal mensen sjouwen met Keulse
potten en houten kuipen. Mijn onfortuinlijke zus hangt inmiddels
ondersteboven op een ladder en haar ingewanden worden er uit gehaald,
en het bloed opgevangen. Nu weet ik dus wat die enge man ieder jaar
komt doen. Nu weet ik wat er in die bakken met zout zit die in
november in altijd in de gang staan. Nu weet ik wat er precies aan de
zoldering te drogen hangt of in de ingebouwde spekkast in de
schoorsteen gerookt wordt. Het is ons eigen vlees en bloed! Dit jaar
ben ik de dans weer ontsprongen. Ik heb geluk gehad. Misschien ga ik
op dieet. Want ze pakken wel steeds een van de dikste zussen eruit,
valt me op. Als ik volgend jaar november heel mager ben, pakken ze
mij misschien niet. Ik wou dat ik nooit als varken geboren was… Ik haat de novembermaand, de slachtmaand!
Nellie
Geen opmerkingen:
Een reactie posten